Wang Yan, we noemen haar Yanr Yanr, maakt deel uit van mijn eerste Chinese vrienden.
Toen ik haar leerde kennen was ze een van de managers van mijn favoriete hotel, Grand Hotel du Palais Rouge. Dit hotel ligt in een hippe straat in Beijing, dichtbij de Lama tempel, en heeft een Franse naam omdat de eigenaar verliefd is op Frankrijk en ook een perfect Frans spreekt.
Yanr Yanr werkt niet meer in het hotel, maar telkens als ik in Beijing ben, gaan we samen uit. De vorige keer gingen we eten ‘in een eettentje waar je zeker nog nooit bent geweest’. Inderdaad, daar was ik nog nooit geweest maar de lange wachtrij klanten voorspelde veel goeds. De zaak droeg geen naam, slechts twee karakters in neon: 卤煮 luzhu.
Zhu is: koken, braden. Maar wat betekende lu weeral? Oh ja: een dikke saus met specerijen. Mmmmm! Veelbelovend! Tot we binnen waren en ik op de muur het menu zag: we waren in een zaak met als specialiteit: darmen in een dikke soep! Daar ben ik met honger van tafel gegaan!
Waar zouden we nu heengaan? Een BBQ zaak! Dit eettentje is zelfs helemaal niet aangeduid, een zonder naam tentje in een smalle hutong.
We gaan binnen: het ruikt er heerlijk.
We bestellen brochetjes van kippenvleugels, kippenharten en kippenlevers, tofoe, jiu cai, een soort bieslook, aubergines…Overheerlijk!
We praten honderduit over ons werk, onze reizen, onze dromen…
We verlaten het eettentje, ik zeg aan de baas dat ik weldra met mijn man terugkom, zo lekker vond ik het daar.
We keren terug naar de metro maar nu nemen we elk de tegenovergestelde richting.
再见,燕儿燕儿, tot gauw Yanr Yanr…