Maandelijks archief: oktober 2018

7 days in Tibet

  1. De Jokhang

Na ons bezoek aan de Potala wacht ons een nog intensere beleving: de meest vereerde religieuze constructie van Tibet: de Jokhang. De bedwelmende geur van de boterlampen, het geprevel van de mantra’s, het schuifelen van de pelgrims grijpen ons aan.

De tempel werd gebouwd tussen 639 en 647 op initiatief van Songtsen Gampo. Koning Songtsen Gampo wou er een beeld in onderbrengen, een beeld van Mikyöba dat deel uitmaakte van de bruidsschat van zijn Nepalese vrouw Prinses Bhrikuti. Terzelfdertijd werd ook nog een andere tempel gebouwd, de Ramoche tempel om er nog een boeddhistisch beeld in onder te brengen, de Jowo Sakyamuni. Deze bracht zijn andere vrouw, de Chinese Prinses Wencheng mee. Men denkt dat, na Songtsen Gampo’s dood, Prinses Wencheng het beeld van Sakyamuni liet overbrengen naar de Jokhang om het in veiligheid te brengen. Dit beeld is het meest vereerde Boeddhabeeld van Tibet.

Tijdens de Culturele Revolutie werd de tempel door de Rode Gardisten grotendeels ontheiligd tot een varkensstal. In 1980 werd de tempel met goed resultaat gerestaureerd.

Vier Bescherm Koningen, telkens twee links en rechts van de ingang, kijken de pelgrims en bezoekers met boze ogen aan.
Op de gelijkvloerse verdieping huist het beeld van Jowo Sakyamuni, Sakyamuni op twaalfjarige leeftijd, door Prinses Wenchen naar Tibet meegebracht. Het beeld is 1,5 meter hoog, met edelstenen ingelegd en beladen met zijde en juwelen. Het is het belangrijkste beeld van Tibet.
We lopen door een opeenvolging van kappellen, allen om ter mooist, allen gehuld in de bedwelmende geur van yakboter. We lopen in klokwijzerzin, zowel in en rond de tempels als rond de chörten, de Tibetaanse stupas. Lisa, onze Tibetaanse gids, berispt Chinese toeristen die in de verkeerde richting lopen.

De eerste verdieping is ook een aaneenrijging van kapellen: de kapel van Songtsen Gampo, de belangrijkste, is prachtig. De koning, in groot ornaat, heeft in zijn tulband een kleine boeddha en is, links, omringd door zijn Nepalese vrouw en, rechts, door zijn Chinese. Ook de meditatie cel van de koning is de moeite waard met haar prachtig uitgebeitelde deur besmeerd met yakboter.

In Lhasa zijn er drie pelgrimcircuits: de Nankhor, het circuit in de tempel, de Barkhor, het circuit rond de Jokhangtempel, die pelgrims en gelovigen tweemaal per dag al prosternerend en steeds in klokwijzerzin, afleggen. Dit is het meest bekende en gebruikte circuit.
Het derde circuit heet de Lingkhor en loopt rond het oude stadsgedeelte.
De meeste gelovigen zijn gehuld in traditionele Tibetaanse klederdracht. Ze draaien hun gebedsmolen en prevelen om mani padme sum

 

 

7 days in Tibet

  1. Lhasa, de Potala

Na vier jaar wachten door familiale omstandigheden is het dan zover: mijn man en ik maken in september een kleine rondreis in Tibet!

Vier maanden terug, tijdens mijn vorig verblijf in Beijing, nam ik contact met Iris, manager van de China Culture Club Beijing om de condities van een individuele Tibetaanse trip met gids en chauffeur te bespreken. Tibet mag je zomaar niet binnen, je moet een permit krijgen en dat zal via ons Chinees agentschap gebeuren. Ook moet je, behalve in Lhasa, steeds vergezeld zijn van je gids…

Zaventem, Frankfurt, Beijing waar we één dag blijven om ’s anderendaags naar Lhasa te vliegen. De vlucht duurt vier en een half uur. Lisa, onze Tibetaanse gids wacht ons op in de luchthaven. Ze ziet er sympathiek uit, ze leidt ons naar de volumewagen met chauffeur: we zullen een week samen reizen, eten en plezier maken…

Eerste bezoek: het Potalapaleis, gelegen op 3700 m hoogte wordt ook nog ‘the roof of the world’ genoemd. Het was het paleis van de dalai lama’s en staat helemaal aan de top van de Rode Heuvel van Lhasa, hoofdstad van de Autonome Regio Tibet. Een adembenemend zicht. De Potala werd gebouwd op de plaats waar in de 7° eeuw een burcht was gebouwd door Songtsen Gampo, 33° koning van Tibet. Songtsen Gampo maakte van Luoshe, het huidige Lhasa, de hoofdstad. Hij koos de Rode Heuvel om er zijn paleis te bouwen: het Potrang Karpo of Witte Paleis.
In de 17° eeuw werd Tibet, met Mongoolse assistentie, eengemaakt door de vijfde dalai lama. Aan het Witte Paleis bouwde hij het Potrang Marko of Rode Paleis. Hij gaf het de naam Potala, naar het sanskriet Potolaka, de naam voor het mythische paleis van de boddhisatva Avalokitesvara: de Dalai Lama zou immers een manifestatie zijn van Avalokitesvara.
Sinds die tijd fungeerde het paleis als Winterpaleis voor de Dalai Lama’s en stond symbool voor het Tibetaans boeddhisme.

Het Witte Paleis was het privévertrek voor de Dalai Lama’s. Het bevat de troonzaal waar de Dalai Lama’s hun officiële gasten ontvingen, een ontvangstzaal,  een meditatieruimte en het studeervertrek van de Dalai Lama. Een voor het publiek afgesloten deur leidt tot zijn slaapkamer. De witte muurbedekking stond symbool voor vrede.

Het Rode Paleis staat symbool voor autoriteit en recht. Het huist voornamelijk de stupa-graven (in het Tibetaans chörten genoemd) van de verschillende Dalai Lama’s alsook vele kapellen. Rood en (echt!) goud zijn de dominerende kleuren van het paleis maar de prachtige bokchaks die aan de grote deurknoppen hangen zijn gevlochten in witte, kobaltblauwe, felrode, saffraangele, smaragdgroene stof: ze symboliseren macht en prestige. Een adembenemende ervaring!

We wandelen traag in de hoop te ontsnappen aan de ‘acute mountain sickness’ of AMS: we zijn immers naar Lhasa per vliegtuig en niet, zoals iedereen aanraadt, per trein gegaan. De treinreis van Beijing naar Lhasa zorgt ervoor dat het lichaam zich langzaam aanpast aan de 3700 meter hoge Lhasa. Maar de afstand tussen Beijing en Lhasa is 3753 km en duurt…44 uren!