Maandelijks archief: november 2018

7 days in Tibet

4. Naar Gyantse

Vandaag hebben we 270 km te rijden.
Onderweg naar Gyantse stoppen we aan het Yamdrok-tso meer, een van Tibets drie grootste meren. In dit meer zwemmen veel vissen, maar die worden niet gevangen omdat het meer heilig is. Het is een prachtig meer, van een bijzonder helder, donker turkoois. Vrome Tibetanen wandelen rond het meer, dat doen ze op zeven dagen.

We zitten nu al op een hoogte van 4441 meter. Er zijn veel Chinese toeristen, dus ook veel souvenirkraampjes. We kopen er een schattig theepotje, afkomstig uit het dorp van de marskramer: ”Jaja, het is antiek! Zeker vijftig jaar oud!” Ik pingel af tot de helft van de gevraagde prijs en krijg het zonder probleem mee…


Wat verderop, op de helling van een berg, staan Tibetaanse vrouwen, met mini geitjes in de armen. Ik mag er eentje vasthouden, mijn man maakt een foto en natuurlijk vragen ze een centje voor de souvenirfoto. Zo’n warm geitje eventjes in de armen mogen houden is wel leuk!

Na een lunch op basis van tofu, aardappelen en witte kool, rijden we naar ons hotel, op 5.200 meter hoogte: mijn hoofd begin te duizelen. Kalm blijven, traag in-en uitademen, traag stappen, het lukt prima.

’s Avonds eten we Indische dahl en palak paneer alsook een ragout van yakvlees. We zijn niet de enige westerlingen: wat verderop zitten vier Nederlandse dames enthousiast te praten: ze plannen een trekking naar de Everest, Oh My God!

7 days in Tibet

 

3.  Tsetang

Vandaag bezoeken we de “firsts” van Tibet: het eerste klooster, de eerste akker, het eerste dorp, het eerste paleis…

Na een bergrit langs een autoweg waar schapen en yaks de vrije loop hebben, komen we  aan in het Samye klooster, het eerste klooster van Tibet waar het boeddhisme tot stand kwam, rond 765-780. In dit klooster mocht het boeddhisme ook wortel schieten. Het toenmalige hof zag dit niet met een goed oog: het merendeel ervan was immers nog altijd aanhanger van de Tibetaanse oer religie: de Bön.


Kort na de stichting van het Samye klooster werden daar de zeven eerste Tibetaanse monniken gewijd.

Dit drie verdiepingen hoge klooster is merkwaardig in die zin dat elke verdieping een verschillende stijl heeft: de gelijkvloerse en eerste verdieping zijn in Tibetaanse stijl, de tweede verdieping in Han Chinese stijl, de  derde verdieping in Indische stijl.
Maar het meest merkwaardige is dat het Samye klooster gebouwd is als een mandala met als centrum een tempel, de Ütsetempel die staat voor de Meruberg met daarrond twee concentrische cirkels van tempels die oceanen, continenten en subcontinenten symboliseren.

We lunchen in de refter van het klooster: heerlijke tofoe bereid op drie verschillende wijzen en een soep van ei en tomaten.

Na de check-in in het hotel rijden we naar de Yarlung vallei, bakermat van de Tibetaanse beschaving.


Van verre zien we reeds de Yumbulagang, helemaal bovenop de top van een berg. De Yumbulagang wordt beschouwd als het oudste gebouw van Tibet en het is tegelijk Tibets eerste paleis: het werd voor koning Nyentri Tsenpo gebouwd. Je kan de berg die leidt tot de Yumbulagang te voet, te paard of op een yak beklimmen.
Het paleis wordt hersteld en is vanbinnen leeg, dus besluiten we maar met onze gids Lisa een sho, een Tibetaanse yoghurt, te gaan drinken.


Lisa vertelt ons dat in 1952 de eerste auto die Tibet binnenkwam, voor de dalai lama was en dat, daar er geen wegen waren, de wagen, voor het vervoer, uit elkaar moest worden genomen. Er waren toen inderdaad nog geen wegen, men verplaatste zich te paard of op een yak, en er was ook geen lopend water noch elektriciteit…