‘Zittend voor de Jingting berg, een plaats van onbeweeglijkheid en majesteit’…Zo begint een gedicht van Li Bai (701-762), één van de meest bekende dichters uit de Tangdynastie. Dit gedicht trof JMG Le Clézio, Frans schrijver en Nobelprijswinnaar, in die mate dat hij zich ging verdiepen in de poëzie van de Tangdynastie en er, samen met Dong Qiang, een boek over schreef.
Le Clézio begint het boek met een beschrijving van het leven van Li Bai, de avonturier. Hij is steeds op pad, soms met zijn vriend en drinkebroer Du Fu (712-770), een andere bekende dichter, maar meestal alleen. Zijn zwaard is zijn compagnon de route.
Wat drijft Li Bai vrouw en kinderen achter te laten om door heel China te reizen? Reeds bij leven erkend en geloofd als de grootste, meest talentvolle dichter van zijn generatie, bindt hij zich niet aan een Heer zoals de meeste dichters uit die tijd. Nieuw voor het China van de Tangdynastie is: openheid van geest en vrijheid. Een vrijheid om ongedwongen op pad te gaan, in de sporen van monnik Xuan Zang die naar Indië trok om de boeddhistische geschriften naar China te brengen, een lange en gevaarlijke onderneming.
Li Bai houdt van zwerven, maar ook van wijn, de grote passie van zijn leven.
Tegenover Li Bai staat de jongere Du Fu. In tegenstelling met Li Bai stelt hij zich wel kandidaat voor de keizerlijke examens om een ambtelijke carrière te maken. Hij faalt, verschillende keren. Hij bekleedt uiteindelijk toch een kleine, onbelangrijke officiële functie. Du Fu vindt zijn geluk in het familiale leven, in zijn huisje te midden van de bamboes, in Chengdu. Een shelter die nog steeds bestaat, ik bezocht het een tiental jaren terug. Na zijn dood raakt Du Fu, in tegenstelling met Li Bai, in de vergetelheid.
Dit alles wordt door gedichten van beide dichters en bekende schilderijen en kalligrafieën geïllustreerd.
Buiten Li Bai en Du Fu haalt Le Clézio ook nog veel andere dichters aan.
Interessant is ook het hoofdstuk over de rebellie van An Lushan en de burgeroorlog waardoor het China van de Tangdynastie heel onveilig was.
De gedichten in het boek zijn prachtig vertaald door Dong Qiang, dichter, kalligraaf en hoogleraar aan Beijing University. Dong Qiang is erin geslaagd om, op beknopte en beeldende wijze de sfeer en de emoties van de gedichten weer te geven, wat niet altijd het geval is bij vertaalde gedichten.
Tenslotte is dit literair werk meteen ook een kunstboek dankzij de zeer talrijke, prachtige schilderijen en kalligrafieën.
Dit boek is een must, en het leest als een roman!
Le flot de la poésie continuera de couler
J.M.G. Le Clézio
Ed. Philippe Rey 2020