Groen: in het oude China bracht het dragen van een groene hoed ongeluk: de ambtenaren van lage rang droegen immers groen. Temeer daar, tijdens de Oostelijke Handynastie (25-220 na C.), mannen die vrouwelijke familieleden als prostituees deden werken, verplicht waren om een groene sjaal of een groene hoed te dragen. Nu zegt men van een man dat hij een groene hoed draagt als hij door zijn vrouw bedrogen wordt.
Wanneer Chinezen kwaad worden slaat hun gezicht niet rood uit maar groen. Van in de oudheid dacht men dat de emoties gekoppeld waren aan de organen van het lichaam en dat de lever groen was; iemand die kwaad werd kwetste zijn lever en dit was op zijn gezicht te zien.
Zwart wordt dikwijls geassocieerd aan duisternis alsook aan een slecht humeur zoals zijn gezicht was zwart.
Goederen met een zwart hart staan symbool voor slechte kwaliteit. Zoals bij ons bestaat ook in China een zwarte markt, met dezelfde betekenis.
Grijs wordt beschouwd als vaag en onduidelijk. Zoals bij ons is een dag zonder zon een grijze dag. Maar grijs betekent ook onduidelijk of illegaal: zo kunnen een industrie of een salaris grijs zijn.-
Geel is de keizerlijke kleur bij uitstek: deze kleur mocht slechts door de keizer worden gedragen en werd het symbool voor de adel. De kleur geel werd toen geassocieerd met optimisme en geluk. Nu wordt geel niet meer geassocieerd aan koningschap of adel.
In China associeert men soms geel met ziekte. Een onaantrekkelijke oude vrouw wordt soms ook wel huanglianpo of vrouw met een geel gezicht genoemd. In Stories of the Sahara bestempelt de schrijfster Sanmao zichzelf ironisch als een huanglianpo: wanneer haar man thuiskomt van het werk roept hij gewoon dat hij honger heeft en snel aan tafel wil gaan, zonder haar zelfs te bekijken!
En tenslotte nog dit. In het begin van de Republiek China (1911-1949) werd geel gebruikt voor vulgair: geel journalisme betekende vulgair nieuws. Ondertussen is die mooie keizerlijk kleur nog dieper gevallen en staat nu voor pornografie! Gele boeken, gele films!