De oorsprong van de dazibao, letterlijk ‘poster met grote karakters’, heeft een eeuwenoude traditie die werd ingesteld in het keizerlijke China.
De dazibao liet aan het volk toe zich uit te drukken. Een in grote karakters en met de hand geschreven affiche waarbij het gezag, van de lokale of de keizerlijke administratie, werd betwist, werd publiekelijk op de muren geplakt.
In de eerste helft van de twintigste eeuw raakt het wat in onbruik maar kent een revival tijdens de Culturele Revolutie die in 1966 begint.
De dazibao heeft opnieuw een populair karakter maar wordt nu, hoe kan het anders, gebruikt als revolutionaire propaganda.
Vooral studenten houden van het opstellen van dazibao’s. Zo wordt een dazibao, geschreven door de studente Nie Yuanzi, door Mao in zijn Renmin Zhibao (Volkskrant) opgenomen. Hij zal bijdragen aan de verspreiding van de Culturele Revolutie en aan het ontstaan van de Rode Gardisten, Mao’s studentenmilitie…
De dazibao wordt gebruikt als communicatiemiddel tussen de revolutionaire comités en het volk.
Wanneer het nieuwe maoïstische regime in 1969 aan de macht komt, wordt de dazibao door het regime aangewend voor propaganda. Hij verliest dan zijn volkse karakter maar verliest tegelijk ook zijn subversief en contestatair karakter.
De Culturele Revolutie eindigt in 1976.
In 1978 wordt de dazibao opnieuw gebruikt tijdens de beweging van de Muur van de Democratie. Deze muur van bakstenen in de straat Xidan wordt tussen november 1978 en december 1979 met ‘posters met grote karakters’ vol politieke discussies en de val van de Bende van Vier, beplakt. Deze muur trekt mensen aan in grote getale die daar ook spontane meetings organiseren.
In 1979 wordt de Muur van de Democratie verhuisd naar Chaoyang, een publiek maar betalend park. De controle is daar efficiënter.
Op het einde van 1979 maakt de repressie een einde aan deze vrije pers…