Maandelijks archief: november 2024

NAAR CHINA ZONDER VISUM

8. Beijing (2)

De highlight van ons verblijf in Beijing is deze keer een speurtocht naar Pamela.
Ik las onlangs een super spannend boek van Paul French, een Engelse geschiedkundige: Midnight in Peking. Het gaat om een cold case, een nooit opgeloste moord op een jong Engels meisje in het Beijing van 1937.
Mijn man en ik vonden het boeiend om de plaatsen die French beschrijft te bezoeken. Onze speurtocht startte in Beijing Railwaystation en wel bepaald in Kuijiachang hutong, de hutong waar niet alleen Pamela met haar vader leefde maar ook Edgar en Helen Snow.

Edgar Snows Red Star over China, is een verslag van de Chinese Communistische Partij, geschreven toen het nog een guerrillaleger was en in het Westen zo goed als onduidelijk was waarvoor dit stond. Het boek verscheen in 1937, het jaar van Pamela’s moord. De Snows woonden in het begin van Kuijiachang hutong. Hun huis is nu een gezellig , clean hotel en restaurant geworden met een aanpalend museum gewijd aan de Snows en de CCC.


De courtyard van Pamela en haar vader ligt aan het einde van dezelfde hutong en is nu een eettentje geworden, minder sjiek dan dat van de Snows.


Onder de brandende zon zochten we naar de Badlands en vonden het steegje waar ze vermoord werd: Chuanban hutong 28.

Op dat moment kwam de vrouw die er woont met een scooter aangereden. Ze vertelde ons dat de nummering van de straat gewijzigd was en dat de plek die we zochten nu nummer 18 was geworden. Het huis was niet op slot. Ze leidde ons door de yard, we huiverden bij de gedachte van de slachting die daar had plaatsgegrepen. De vrouw wees ons nadien ook de weg waar Pamela’s opengereten lijk werd gevonden: hulita, de Foxtower. We zochten en vonden die toren, steeds onder de brandende zon.


De toren en haar omgeving worden goed bewaakt. Vrezen de Beijingers nog altijd de hulijing, de fox spirits?

In mijn volgende blog volgt (verder) verslag van Paul Frenchs Midnight in Peking!

 

7. Beijing (1)

NAAR CHINA ZONDER VISUM!

Met spijt in het hart verlaten we Xiao Hongs kamer. Met het vliegtuig op naar Beijing, mijn geliefde stad. Check-in in Manxin Jiudian, dichtbij de Lamatempel, Yonghegong. Het is reeds avond, het regent hard en we zijn moe. Geen nood: een waimai (take-away) van Zhang Mama en alles is opgelost! Nog geen twintig minuutjes later rinkelt de telefoon in de kamer: het vrolijk babbelend robotje staat voor onze deur en nodigt ons uit onze bestelling uit zijn hoofdje te nemen.


Aya! Zoveel eten: mapo doufu, dandan mian, Sichuan huntun…alles is keurig verpakt en warm. Ons eerste (Sichuanees) ‘diner’ in Beijing is overheerlijk!

We gaan de foodie toer op. ’s Anderendaags lunchen we bij In & Out, een Yunnan restaurant in Sanlitun waar we roerei met jasmijnbloemen, geroosterde kaas met kruiden en laonai yangyu, ongelooflijk lekkere mashed potatoes bestellen. We drinken daarbij pu’er thee, dé thee uit Yunnan.

 


Tijdens onze wandeling door Sanlitun, de wijk van de laowai, de expats/niet-Chinezen, zien we geen enkele westerling. Dat zal ook het geval zijn voor de andere wijken van de stad. We bezoeken bookstores, platenwinkels en patisserietentjes waar je aankoop van een taartje vergezeld wordt van een leuk verpakt plastieken handschoentje, om je handen niet te besmeuren.


’s Avonds eten we heerlijk sappige Beijing Duck in een eettentje bekend om haar democratische prijzen.

Twee dagen later worden we uitgenodigd door mijn vriendin Zhou Zhou: een Yunnan resto. Gefrituurde zeebaars, kip gestoomd in bananenblad en pikante kippensoep met noedels. Ik zei het al: China is foodies heaven!