7. Beijing (1)

NAAR CHINA ZONDER VISUM!

Met spijt in het hart verlaten we Xiao Hongs kamer. Met het vliegtuig op naar Beijing, mijn geliefde stad. Check-in in Manxin Jiudian, dichtbij de Lamatempel, Yonghegong. Het is reeds avond, het regent hard en we zijn moe. Geen nood: een waimai (take-away) van Zhang Mama en alles is opgelost! Nog geen twintig minuutjes later rinkelt de telefoon in de kamer: het vrolijk babbelend robotje staat voor onze deur en nodigt ons uit onze bestelling uit zijn hoofdje te nemen.


Aya! Zoveel eten: mapo doufu, dandan mian, Sichuan huntun…alles is keurig verpakt en warm. Ons eerste (Sichuanees) ‘diner’ in Beijing is overheerlijk!

We gaan de foodie toer op. ’s Anderendaags lunchen we bij In & Out, een Yunnan restaurant in Sanlitun waar we roerei met jasmijnbloemen, geroosterde kaas met kruiden en laonai yangyu, ongelooflijk lekkere mashed potatoes bestellen. We drinken daarbij pu’er thee, dé thee uit Yunnan.

 


Tijdens onze wandeling door Sanlitun, de wijk van de laowai, de expats/niet-Chinezen, zien we geen enkele westerling. Dat zal ook het geval zijn voor de andere wijken van de stad. We bezoeken bookstores, platenwinkels en patisserietentjes waar je aankoop van een taartje vergezeld wordt van een leuk verpakt plastieken handschoentje, om je handen niet te besmeuren.


’s Avonds eten we heerlijk sappige Beijing Duck in een eettentje bekend om haar democratische prijzen.

Twee dagen later worden we uitgenodigd door mijn vriendin Zhou Zhou: een Yunnan resto. Gefrituurde zeebaars, kip gestoomd in bananenblad en pikante kippensoep met noedels. Ik zei het al: China is foodies heaven!